Naar Port Elizabeth
Wild East Coast Kentani
Het is vandaag een dag ter vrije besteding, in elk geval kunnen we uitslapen.
Er zijn wel een paar excursie mogelijkheden, maar je kunt er voor kiezen op het resort te blijven. Ik ga met een deel van de groep een strandwandeling maken van ruim twee uren. In de loop van de
ochtend gaan we op pad. We lopen naar een lagune, langs de rotswand groeit dichte vegetatie waaronder bananen bomen. In de lagune gaan we met een bootje naar een plaats met rotspartijen en wat
watervalletjes, erg mooi. Wie wil kan hier even gaan zwemmen. De route vervolgt over hoge heuvels waarbij we uitzicht hebben op de Indische oceaan. Via het strand gaan we terug naar onze
accommodatie. Terug op de accommodatie ligt de rest van de groep op ligbedden bij het zwembad. In de loop van de middag bestaat de mogelijkheid de woonlocatie van de plaatselijke bevolking te
bezoeken. Met 8 personen gaan we met een pick-up naar de locatie. We worden verwelkomt door wel 20 kinderen en een mevrouw. Ze laten ons de plaatselijke gebruiken zien, zo kunnen we proeven van
boerenkool en brood wat is gemaakt op een houtvuur op de grond van een zeer primitief keukentje (hokje van golfplaten). De kinderen geven ons verschillende optredens. Bij het vertrek in de pick-up
-wij zitten net als de plaatselijke bevolking dat doet achterop in de laadbak- lopen een aantal kinderen ons enkele honderden meter achterna. De gids vertelt dat in dit gebied de laatste jaren –
mede dankzij Mandela – verschillende verbeteringen zijn doorgevoerd, zo kan er drinkwater op diverse tappunten in het dorp worden getapt, heeft elk huisje een stroomvoorziening en is er een school
in het dorpje.
Naar de Wild East Coast
We hebben vandaag een reisdag, we reizen van het binnenland weer naar de oostkust. De hemel is weer strakblauw. De eerste etappe
gaat naar Kopstad waar we een koffiestop hebben. We zien de toppen van de Drakenbergen rechts aan ons voorbij glijden. Het landschap is nog steeds bergachtig, weinig bomen en dor. De kleuren in
combinatie met de blauwe lucht zijn geweldig. Pogingen om even op wifi te gaan bij het tankstation mislukken, de code van het Wimpy restaurant werkte niet.
We verlaten de provincie Kwazu Natal en rijden de provincie East Cape binnen, we dalen voortdurend. We zien leefgemeenschappen met verspreid over het een groot gebied vele kleurrijke huisjes. De
toiletten van de huisjes staan in de tuin, het zijn droogtoiletten. Soms is er voor meerdere huisjes maar een toilet. We rijden het dorpje Mount Frere door, een zeer levendig dorpje met veel mensen
op straat en veel stalletjes waar je groente etc. kunt kopen. We zien ook een truck met daarop een kooi met allemaal kippen, daar kun je levende kippen kopen. Aan de rand van het dorp zien we
Mandela huisjes staan, dit zijn huisjes met standaardvoorzieningen met het doel de leefomstandigheden van de bevolking te verbeteren. We bereiken rond de middag de stad Mthatha, wederom een stad
met voornamelijk laagbouw, een van de grotere gebouwen is de plaatselijke universiteit. We zien veel geüniformeerde schoolkinderen, volgens Tjitte (onze gids) hebben de scholen op vrijdag van de
middag al weekend. Even na de stad hebben we onze lunch bij een tankstation met winkeltjes en restaurantjes. Het is hier allemaal zeer luidruchtig, er zijn meerdere bussen gestopt en buiten is een
soort feest voor de schoolkinderen. Een feest in het midden van een soort grote rotonde voor een tankstation met veel verkeer, al met al chaotisch. We merken dat we het zeeniveau bereiken, de
temperatuur is een stuk hoger, ca 35 oC. Na de lunch vervolgen we de N1 en komen al heel gauw bij het
plaatsje Qunu, hier stoppen we langs de weg om het huis van Nelson Mandela te fotograferen. Op een paar 100 meter afstand is zijn begraafplaats. Het is een door hekken omzoomd terrein en niet
toegankelijk. Alleen Nelson Mandela en zijn familie zullen/zijn hier begraven. Op 40 kilometer afstand van deze plaats ligt de geboorteplaats Mvezo van Nelson Mandela. We zijn bijna bij ons nieuw
resort maar moeten daarvoor over een zand/gravel weg van 20 kilometer. Na circa 10 kilometer zijn er weg werkzaamheden, wij kunnen er zoals het er in eerste instantie naar uit ziet niet langs met
de bus. Uiteindelijk maakt een van de machines een doorgang voor de bus, best spectaculair allemaal. Even over 18:00 uur bereiken we ons nieuw resort Trinnerys hotel. De locatie is adembenemend en
op korte loopafstand van de oceaan. Elk stel krijgt een huisje toegewezen, de huisjes zijn wel oud maar ruim. Zo heeft het huisje van ons 5 slaapplaatsen.
Sani Pas
Om 07:00 uur vertrekken we van onze accommodatie naar het plaatsje Underberg (wij kennen Underberg van het drankje). Daar staan zes terrein auto’s voor ons klaar om de Sani pas op te gaan. De Sani pas is een spectaculaire pas naar Lesotho, het brengt ons van 1800 meter naar 2780 meter. Vroeger was dit een handelsroute tussen de oostelijke gemeenschap in Lesotho en de gemeenschap rondom Underberg (ZA). De scherpe bergkam die we zien is de grens tussen Zuid-Afrika en het bergstaatje Lesotho. Lesotho is iets kleiner dan Nederland en wordt geheel omzoomd door Zuid-Afrika. Aanvankelijk gaat de route over een asfaltweg wat al gauw over gaat in een gravelweg. Na enige tijd bereiken we de Zuid-Afrikaanse berg-grenspost. Het is een klein gebouwtje met wat vlaggen en veel hekwerk, veel verkeer komt hier immers niet langs. Hier worden onze paspoorten afgestempeld, ze raken op deze wijze al aardig vol! Vervolgens rijden we 8 kilometer lang in niemandsland. De weg wordt steeds steiler langs afgronden, de ene na de ander haarspeldbocht volgt met veel keien over de weg. We rijden een aantal keren door water. De omgeving is schitterend, af en toe zien we een Impala lopen, behalve vogels tref je andere dieren op deze hoogte niet aan. We naderen de grenspost van Lesotho. Het is een zeer armetierig gebouwtje met wederom wat hekwerk. We rijden Lesotho binnen, we zitten hier ook gelijk op het hoogste punt: 2780 meter. Door reisleider Tjibbe was tegen ons gezegd dat het hier koud zou kunnen zijn, we waren dus allemaal dik gekleed. Gelukkig had ik mijn afritsbroek aan zodat ik er een korte broek van kan maken, want we hebben weer een strak blauwe lucht. Het is een hoogvlakte, we komen gelijk op een keurige asfaltweg, hetgeen je hier helemaal niet zou verwachten. Het schijnt dat Chinezen deze weg hebben aangelegd, zij zijn van plan hier mineralen te gaan delven. We gaan een kleine leefgemeenschap bezoeken. Het dorpje bestaat uit een aantal honingraat huisjes. We gaan er met z’n allen naar binnen en krijgen wat uitleg, we krijgen eigen gebakken brood, het brood is gebakken op gedroogde koeiestront, op deze hoogte is er geen hout om als brandstof te gebruiken voor het vuur. We gaan weer naar de rand van de hoogvlakte en krijgen onze lunch in de hoogste pub van Afrika. Bij het buitenterras spelen een aantal lokale mensen, muziek op eigen gemaakte muziekinstrumenten. Een gitaar bestaat uit een plank met snaren aan een blik. De muziek klinkt ook nog goed. Na de lunch gaan we terug naar onze accommodatie: Drakenberg Gardens. Om 16:00 uur zijn we terug zodat we nog van het park van de accommodatie kunnen genieten. Ik heb zelf nog even gezwommen in een van de zwembaden, met uitzicht op de hoge rotsformaties met bos rondom, geweldig mooi.
Durban, naar Drakenbergen
Het weer ziet er wat somber uit vanochtend, het regent zelfs een beetje. We gaan met de bus een paar plaatsen in Durban bezoeken. Als eerste gaan we naar Durban Botanic Gardens. We hebben een half uurtje tijd om hier rond te lopen, inmiddels regent het niet meer en we zien al een paar blauwe plekken aan de lucht. In het park zien we een paar apen lopen, die we gewoon kunnen benaderen. De volgende plaats wat we gaan bezoeken is een Indische markt, het is een overdekte markt vergelijkbaar met wat wij in Beverwijk hebben. Aan de overkant is een vleesmarkt, ik ben er even in gelopen, niet aan te raden voor een langdurig verblijf. De volgende stop is even buiten Durbin, we gaan daar een Zulu optreden bezoeken. De Zulu is de dominante bevolkingsgroep in deze regio. Het optreden is met veel tamtam op trommels en traditionele kledij, de mannen in ontbloot bovenlijf, de vrouwen in zeer kleurrijke kleding met veel kraaltjes. Het ritueel speelt zich af op een berghelling met een schitterende achtergrond. Op dezelfde plaats bekijken we nog een aantal honingraathuisjes van binnen. We vervolgen onze weg naar de Drakenbergen. De lucht is nu geheel opgeklaard en de zon schijnt weer volop. De weg gaat voortdurend omhoog, de omgeving bestaat uit veel groen met veel loofbomen en is bergachtig. We stoppen rond de middag in het plaatsje Howick voor de lunch. We gaan eerst de Howick fall bekijken, het plaatsje heeft een mooi plein, omzoomd door de blauw bloeiende Jakaranda bomen. Deze bomen zagen we ook al in Johannusburg, die zijn daar nu uitgebloeid omdat het voorjaar daar wat eerder begint. Na de lunch rijden we naar de eindbestemming van deze dag via de R616 met nog een sanitaire stop in het plaatsje Underberg. Onderweg zien we veel schoolkinderen in schooluniform langs de weg lopen. Aan weerskanten van de weg zien we over een groot verspreid gebied allemaal kleine kleurrijke huisjes staan. De toegangswegen naar die huisjes bestaan slechts uit zandweggetjes. De bergen worden steeds hoger en zijn hier overweldigend, met grillige rotsformaties, je schijnt er draken in te kunnen herkennen. Bij veel wind uit een bepaalde richting zou er een brullend geluid ontstaan, vandaar de naam Drakenbergen. Onze eindbestemming – Drakenberg Gardens en Golf Resort - ligt op bijna 1600 meter hoogte, de temperatuur is daardoor wat lager als we tot nu gewend zijn. Morgen hebben we een spectaculaire excursie, met een 4WD over een zeer slecht berijdbare weg naar Lesotho naar een hoogte van 2700 meter hoogte.
Naar Durban
We vertrekken vanochtend om 09:15 uur vanaf der logde. We leggen weer dezelfde lange zandweg van ca. 10 km af. We kunnen zien dat het hier zeer droog is, volgens de ranchers hoort het gras om deze tijd een halve meter hoog te zijn, er staat nu helemaal niets! De bomen hebben ook nog maar een beperkt bladerdak. Het voordeel is dat je de dieren heel snel kunt zien. We gaan weer een stukje terug richting Swaziland. We gaan een boottocht maken, oorspronkelijk was het de bedoeling een boottocht op een meer zuidelijk gelegen locatie te maken. Door de lage waterstand als gevolg van de droogte in combinatie met de sterke wind, blijkt dat water niet bevaarbaar te zijn. We wijken uit naar de Pongola poort dam, een stuw meer. Rond het meer liggen grote groene vlaktes met daarop heel veel dieren. Vanaf de boot kunnen we ze spotten. We zien bijna alle dieren die we al eerder hebben gezien waaronder krokodillen en nijlpaarden. Een van de reisgenoten, Marinus is jarig en trakteert alle reisgenoten op een consumptie, natuurlijk wordt er voor hem gezongen. Op de boottocht hebben we een lunch. Na de boottocht gaan we via de N2 naar Durban voor de volgende overnachting, een flinke rit van ca. 400 km. De provincie waar we nu doorrijden (ter hoogte van Richards Bay) is een van de vochtigste provincies van Zuid Afrika, we zien het aan de omgeving. Het is hier een stuk groener dan de omgeving waar we vanochtend zijn vertrokken. We zien veel bosbouw en wederom veel suikerrietvelden. Het zijn slanke hoge bomen, nadat ze zijn afgezaagd groeien ze vanzelf weer uit tot een nieuwe boom. Het hout wordt voornamelijk gebruikt in de papierindustrie. Het landschap is heuvelig, circa 50 kilometer voor Durban zien we voor het eerst de Indische oceaan. Het weer is aangenaam, licht bewolkt en een temperatuur van circa 22oC. We naderen de stad Durban, na Kaapstad en Johannusburg de derde grootste stad van Zuid Afrika. Het hele gebied is hier goed ontwikkeld, een goede infrastructuur en het ziet er schoon uit. Rond 18:30 uur arriveren we bij het hotel Tropiqua in Durban. Het hotel ligt aan een lange boulevard. De boulevard is gelegen aan de zogenaamde gouden stranden, een populair strand gebied. We hebben uitzicht op de oceaan. We kijken even naar het Zuid-Afrikaans journaal, grappig die Zuid-Afrikaanse taal: “Het is nie gelukt nie” en het weerbericht: “verlengde verwachting”
Hluhluwe safari park
Vanochtend waanzinnig vroeg opgestaan omdat we om 05:00 vertrekken naar het Hluhluwe safari park voor een nieuwe Game drive. Er staat heel veel wind, waarschijnlijk als gevolg van de depressie die we gisteravond kregen, echt veel regen is uitgebleven. De zon staat weer aan de hemel maar de lucht lijkt af en toe wat grauw door het zand wat met de krachtige wind opwaait. De temperatuur is een stuk draaglijker als de afgelopen twee dagen. Om 06:00 komen we aan bij het safari park, we verdelen ons over drie jeeps. Al heel gauw zien we weer veel wilde dieren waaronder buffels, apen, zebra’s, neushoorns, giraffes, wilde zwijnen, grote roofvogels. We zien ook een gedode neushoorn, deze neushoorn schijnt enkele dagen geleden geschoten te zijn door stropers, mede reizigers vertelden mij – ze hadden dat in de plaatselijke krant gelezen – dat de (vier) betrokken stropers gedood zijn door de ranchers. Halverwege de ochtend onderbreken we de Game drive voor een koffie stop in een restaurant op het park. Bij toeval ontdek ik dat hier een open wifi is, zodat we na een paar dagen weer even contact hebben met het thuisfront. Tegen 11:30 gebruiken we de lunch op een picknick plaats in het park. Na de lunch rijden we naar de uitgang van het park waar de bus klaar staat voor terugkeer naar onze logde. Vanmiddag hebben we een middag voor ons zelf. Ik heb zelf nog even gezwommen in het zwembad bij de logde.
Afscheid van Swaziland
Vanochtend hebben we “uitgeslapen” tot 07:30 uur. Een deel van de groep gaat een culturele wandeling maken naar een traditioneel dorpje. Wij hebben er voor gekozen om het begin van de ochtend op de logde door te brengen. Ik ben zelf rond de logde even gaan rond wandelen. Bij de wandeling heb ik een krokodil gespot in het water langs de toegangsweg. Na de wandeling zijn we gaan ontbijten. Om 11:00 uur was het vertrek vanaf de logde. We rijden nu meer in het zuidelijk deel van Swaziland, het is er een stuk vlakker dan in het noordelijk en midden gedeelte van het land. De temperatuur is weer erg hoog, zeker rond de 35 oC. Het lijkt hier ook veel droger, behalve de stukken land die worden beregend, dat zijn voornamelijk akkers met suikerriet. We zien in het zuiden nu bewolking opkomen. We naderen de grens met Zuid-Afrika, we krijgen hier wederom hetzelfde ritueel als toen we Swaziland binnen kwamen, dus weer allemaal uit de bus en lopende de grens over. We rijden weer in Zuid-Afrika, in het westen zien voortdurend bliksemschichten, later volgt er regen, iets waar ze hier heel blij mee zullen zijn. In de plaatselijke kranten lezen we dat bepaalde delen tot rampgebied zullen worden verklaart als de droogte aanhoudt. We rijden de zandweg in naar ons nieuw verblijf, het is dan nog 10 km! Onderweg zien we zo ineens twee grote giraffes met drie kleintjes er bij, prachtig gezicht. We komen dan eindelijk aan bij Byyala Game lodge. De lodge ligt midden in “the middle of nowhere”. We gaan vroeg op bed, morgen staat een nieuwe game drive op het programma, om 04:00 uur opstaan!!